Wat doen wij?

Wij beelden een verhaal uit met gebruik van herkenbare figuren en taferelen.

Peuters zijn visueel ingesteld. Vaak kunnen ze zelf nog niet de beelden bij een verhaal maken. Voorlezen van prentenboeken helpt daarbij.

Het kijken naar een verhaal met levende beelden is een ook een manier om taal te begrijpen.

De volwassene speelt en de kinderen kijken, luisteren en bewegen.

Voorafgaand aan het verhaal, doen we een muzikaal spel als voorbereiding op het verhaal.

Het doel is:

Uitgangspunt is plezier, interactie en de kinderen of volwassene in beweging brengen (intern en extern)

Om taal te verrijken met beelden.

Het bewust maken van de jaargetijden en de seizoenen en wat de natuur ons brengt.

Waarom?

Het kijken naar een verhaal met levende beelden is ook een manier om de taal te leren begrijpen.

De volwassene speelt een verhaal uit en de kinderen kijken, luisteren, zingen en bewegen.

Door hen eerst actief mee te nemen met zingen, klappen, stampen en bewegen worden de kinderen in hun lijfje wakker en kan je ze daarna meenemen in het verhaal. Zo wordt de beleving sterker.

Wat is een tafelspel?

Een verhaal dat uitgespeeld wordt met figuren en dieren op een tafel met als ondergrond gekleurde doeken en natuurlijke materialen. Daarmee schep je de sfeer van het verhaal.

Het spel wordt gespeeld terwijl je open oog en oor houdt voor zinvolle interactie met de kinderen.

In de verhalen die wij aanbieden zit veel herhaling waardoor de kinderen woorden en zinnen in zich op kunnen nemen. Herhaling omdat dat in de wereld van de peuters en kleuters zo belangrijk is. Het geeft herkenbaarheid en het beklijft beter.

In de verhalen komen herkenbare dieren en figuren voor die van alles beleven. De verhalen worden ondersteund met muziek en zang. Het is een beproefd middel om de kinderen te laten kijken en luisteren. En om hun aandacht te vangen en mee te nemen in de beleving, de interactie en de emoties van het spel.

Inhoud:

De verhalen die we spelen hebben te maken met de seizoenen of jaarfeesten van het jaar.

Zomer, herfst, winter, lente

Zomer: strand, zee, zon, schelpen, vissen ,krabbetjes

Herfst: pompoenen, eekhoorns, egels, eikels, paddenstoelen

Winter: koud, sneeuw, bolletjes in de grond, Sinterklaas, Advent, Kerst

Lente: ontluikende natuur, nieuw leven, jonge dieren, Pasen.

Feesten: Sint Maarten ,Sinterklaas, Kerst, Pasen, Sint jan (midzomer) of verjaardagen.

In alle verhalen komen herkenbare dieren voor, of de boer, of een kabouter, of Moeder Aarde, Maria.

Zang en Spel:

Wij maken een stemming door de kinderen al actief mee te nemen in de sfeer van het verhaal.

We zingen liedjes die in het verhaal weer terugkomen, we doen versjes met gebaren, gebruiken soms eenvoudige instrumenten en attributen om kinderen in beweging te brengen en te laten ervaren wat bijvoorbeeld een kuikentje doet. Dat kikkers kwaken, mugjes eten, en springen in het water, maar ook weer uitrusten op een lelieblad.

Dat het paard van Sint met zijn hoeven op het dak loopt. Dat het paardje van Piet kleine hoefjes heeft en ze geluid maken. De geluiden mogen ze ook zelf maken met kokosnoten en walnoten terwijl we zingen.

Zo wordt het een mooi integraal geheel waarbij alle elementen van het lichaam, hoofd en hart aangesproken worden. En een rijke ervaring voor de kinderen.